De Waterlandse tram

Het jaar 1839 is een keerpunt in het vervoer van per- sonen en goederen in Nederland. De wegen waren nooit populair, zeker niet in het drassige Holland. Van de trekschuit stapte men na 1839 over op railvervoer, simpelweg omdat een spoorbaan makkelijker aan te leggen en te onderhouden was dan een stelsel van wegen. Toen het zover was ontwikkelden professionals en leken talloze ideeën voor railvervoer, zo ook Ir. Theo Sanders, die we gerust een trein- en tramfanaat mogen noemen. Hij had in Delft niet alleen bouwkunde gestudeerd en afgerond met een diploma maar ook dat voor civiel ingenieur behaald. Hij ves- tigde zich als architect in Amsterdam en besteedde zijn vrije tijd aan spoorplannen. Hij publiceerde er zelfs een boek en enkele brochures over en ook vroeg hij af en toe een concessie aan voor zo’n plan. Zijn ideaal was een stoomtramnet in én rond Amsterdam, maar daarbij stond hij op de tenen van diverse omnibusdiensten waaronder de AOM. Het werd uiteindelijk een stoomtram buiten Amsterdam met een nogal gekunsteld vertrekpunt in de stad: de Waterlandse tram van de Noord-Hollandsche Tramweg-Maatschappij.

Lees de hele pdf klik hier

DE pdf is een digitale uitgave van Theo Bakker’s domein